Contracten voor studentenhuur volgen algemeen dezelfde regels als bij woninghuur.
Jij betaalt een (verlaagde) tweede verblijfsbelasting.
De verhuurder mag vragen dat je de waarborg op zijn of haar persoonlijke rekening stort.
De verhuurder mag geen andere kosten aanrekenen. Die kosten zijn al in de huurprijs inbegrepen. Na 1 jaar kan de verhuurder de huurprijs indexeren.
Je kan het contract gratis opzeggen 3 maanden vóór de start. Zeg je het contract minder dan 3 maanden voor de start op? Dan moet je een boete betalen van 2 maanden huurprijs.
Stop je met studeren en wil je het huurcontract stoppen? Zeg dan het contract op en voeg een bewijs van uitschrijving van de onderwijsinstelling toe. Je moet dan nog 2 maanden opzegtermijn geven.
Voorbeeld: Jouw studentenhuurcontract startte op 1 september 2023. Je schrijft je uit bij de hogeschool in januari 2024. In februari 2024 zeg je het huurcontract op en stuur je het uitschrijvingsbewijs door. De opzegtermijn start op 1 maart 2024 en eindigt op 30 april 2024. Tot dan moet je de huurprijs betalen.
Jij kan het contract dan stopzetten. Stuur een opzegbrief naar de verhuurder, samen met een bewijsstuk van overlijden. Je moet nog 2 maanden opzegtermijn geven.
Jij en de verhuurder kunnen ook samen beslissen om het huurcontract stop te zetten. Jullie zetten dan op papier wanneer het contract stopt en welke voorwaarden gelden.
Doe je als student een studie-uitwisseling of loop je stage? Dan kan je je huurcontract overdragen of jouw kamer of studio onderverhuren aan een andere student. Jouw verhuurder kan zich hier niet tegen verzetten, tenzij er gegronde redenen zijn.
Draag je je contract over? Dan ben je niet langer verantwoordelijk als huurder.
Onderverhuur je? Dan blijf je wel verantwoordelijk tegenover de verhuurder.